Bron beleidsnota Justitie - 22 april 2025
Doel: Dit briefingdocument geeft een overzicht van de
belangrijkste thema's, ideeën en concrete acties die het Belgische
justitiebeleid voor de periode 2024-2025 bepalen, zoals uiteengezet in de
verstrekte bron. Het document is gestructureerd volgens de drie hoofdwerften
die in de inleiding van het beleidsdocument worden genoemd.
Inleiding: Drie Richtinggevende Werven
De start van de nieuwe legislatuur definieert drie
inhoudelijke werven die het justitiebeleid de komende jaren zullen sturen:
- Een
slachtoffergerichte en toegankelijke, moderne Justitie voor elke burger:
Dit omvat maatregelen om de rechten van slachtoffers te versterken, de
toegang tot justitie te verbeteren en justitie te moderniseren door
digitalisering en efficiëntere procedures.
- Veiligheid
als basis, rechtvaardigheid als kompas met een consequente en
geloofwaardige strafuitvoering: Deze werf richt zich op de bestrijding
van criminaliteit, met bijzondere aandacht voor georganiseerde misdaad en
terrorisme, en op een effectieve en rechtvaardige strafuitvoering die
recidive tegengaat.
- Een
humaan detentiebeleid: Dit behelst het verbeteren van de
omstandigheden in gevangenissen, het bevorderen van de re-integratie van
gedetineerden en het aanpassen van het beleid aan de noden van
geïnterneerden.
De bron benadrukt dat deze drie werven "onlosmakelijk
met elkaar verbonden zijn en gelijktijdige inzet vereisen om tot een veiligere
samenleving te komen." In 2025 zullen op elk van deze werven de eerste
stappen met concrete acties worden gezet, voortbouwend op eerdere initiatieven
of door het onderzoeken van nieuwe beleidsopties.
Werf 1: Slachtoffergerichte en Toegankelijke, Moderne
Justitie
Deze werf omvat een breed scala aan acties gericht op het
versterken van de positie van slachtoffers, het verbeteren van de toegang tot
justitie en het moderniseren van de werking van justitie.
Betere bescherming van de rechten van slachtoffers:
- Automatisch
statuut van benadeelde persoon: Er wordt geanalyseerd hoe de huidige
logica, waarbij slachtoffers het statuut van benadeelde persoon moeten
aanvragen, kan worden omgekeerd. Het principe zou worden dat "in
principe alle slachtoffers automatisch het statuut van benadeelde persoon
toe te kennen." Slachtoffers die geen informatie wensen te ontvangen,
moeten de mogelijkheid krijgen om dit aan te geven (opt-out). De impact
hiervan op politie, justitie en gemeenschappen zal worden geanalyseerd.
- Verbetering
van de schadeloosstelling: De evaluatietabel van schadevergoedingen
zal worden herzien. De oprichting van een garantiefonds voor slachtoffers
van terrorisme wordt gesteund, met als doel een snelle en volledige
vergoeding. Er wordt gewerkt aan de effectieve oprichting van het enig
loket voor deze slachtoffers, zoals voorzien in de wet van 3 mei 2024.
- Rol
van DAVO (Dienst Alimentatievorderingen): Samenwerking met de minister
van Financiën wordt gezocht om te onderzoeken hoe DAVO zich kan
"subrogeren in de rechten van elk slachtoffer aan wie een
schadevergoeding wordt toegekend door de rechtbank." Daarnaast wordt
een verplichte inschakeling van DAVO bij intra-familiaal geweld overwogen
om de inning van alimentatie te waarborgen en economisch geweld tegen te
gaan, met respect voor de privacy van slachtoffers.
- SECAL
(Service Central d'Aide aux Victimes): De expertise en het lokale
netwerk van SECAL worden erkend als cruciaal voor de ondersteuning van
slachtoffers. Er wordt op toegezien dat slachtoffers een vlotte toegang
tot deze hulp hebben.
- Respect
voor de privacy van slachtoffers: Er wordt gesensibiliseerd binnen
politie en bij experten om zorgvuldig om te gaan met slachtoffergegevens
in processen-verbaal. Contactgegevens mogen enkel toegankelijk zijn voor
bevoegde personen. Digitaal wordt gewerkt aan equivalenten van slachtofferfiches
in het kader van voorlopige hechtenis en strafuitvoering, die gescheiden
blijven van het juridische dossier. De impact hiervan zal in 2025 worden
geëvalueerd.
- Bescherming
tegen gevoelig beeldmateriaal: Er wordt onderzocht hoe kan worden
vermeden dat "gevoelig beeldmateriaal, zoals beelden van misbruik,
automatisch wordt toegevoegd aan het dossier dat door de betrokkene kan
worden ingekeken." Preventie, sensibilisering en technologische hulpmiddelen
worden hierbij overwogen, met inachtneming van de rechten van de
verdediging en de belangen van slachtoffers.
- Beroepsgeheim
bij seksueel en intrafamiliaal geweld: Het wettelijk kader rond het
beroepsgeheim wordt geanalyseerd om te bepalen of dit de bescherming van
slachtoffers van seksueel of intrafamiliaal geweld in de weg staat en of
bijkomende wetgevende initiatieven nodig zijn.
- Behandeling
van seksuele delinquenten en omgangsverbod: Er wordt samengewerkt met
gefedereerde entiteiten om de begeleiding en behandeling van seksuele
delinquenten te verbeteren en het risico op recidive te verminderen. Een
wettelijk kader dat de rechter de mogelijkheid biedt om een volledig
omgangsverbod met minderjarigen op te leggen aan daders van
kindermishandeling wordt voorbereid.
- Opvolging
van de parlementaire onderzoekscommissie inzake seksueel misbruik: Een
plan van aanpak voor de opvolging en uitvoering van de aanbevelingen van
deze commissie wordt opgesteld.
- Strijd
tegen (online) seksuele uitbuiting van kinderen: De mogelijkheden voor
politiemensen om virtuele profielen te gebruiken in gerechtelijke
onderzoeken hiernaar worden onderzocht, en het wettelijk kader zal waar
nodig worden uitgebreid. De omzendbrief "Cybergeweld" binnen het
expertisenetwerk Criminaliteit tegen personen van het College van
Procureurs-Generaal is in opmaak. De herziening van de Europese richtlijn
ter versterking van het strafrecht inzake seksueel misbruik en seksuele
uitbuiting van kinderen wordt ondersteund.
- Ondersteuning
van aangiftebereidheid bij gendergerelateerd geweld: Mogelijkheden
voor anonieme aangifte (met respect voor de rechten van verdediging)
worden gecreëerd. Er wordt gesensibiliseerd rond online aangifte van
fysiek geweld via Police-on-web en de bekendmaking van de MyPolice-app
wordt bevorderd. Een vergelijkende analyse van Europese diensten voor
online aangifte van seksueel geweld zal eind 2025 door de politie worden
uitgevoerd om best practices te identificeren.
- Implementatie
van de "Méndez Principles": Het proces van validering van
deze principes voor niet-dwingende, relationele verhoren wordt voortgezet,
en een eerste opleiding voor opleiders-docenten inzake verhoor
(minderjarigen en meerderjarigen) wordt georganiseerd in 2025.
- Verbetering
en toegankelijkheid van risicotaxatie-instrumenten: In overleg met de
minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken wordt gewerkt aan het
verbeteren, afstemmen en toegankelijk maken van risicotaxatie-instrumenten
in de strijd tegen gendergerelateerd geweld, voortbouwend op de
werkzaamheden van het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen.
Uniforme instrumenten worden onderzocht.
- Toepassing
van de risicotaxatie-tool COL 15 bij intrafamiliaal geweld: Vanaf 2025
zal de politie deze tool direct op het terrein kunnen invullen via een
nieuwe IFG-applicatie in FOCUS@GPI.
- Optimalisatie
van het mobiele stalkingalarm: De technische aspecten van dit alarm
worden geoptimaliseerd, rekening houdend met de verschillende fases van de
procedure waarin het alarm wordt gebruikt. Overleg met gefedereerde
entiteiten is nodig voor een landelijke toepassing. Synergie met andere beschermingssystemen
en afstemming met de slachtofferaplicatie gekoppeld aan elektronisch
toezicht worden gezocht.
- Versterking
van de Rechterlijke Orde: Binnen de budgettaire mogelijkheden wordt
voorzien in parketcriminologen om de werking van de Veilige Huizen te
faciliteren.
- Bestrijding
van gedwongen huwelijken, genitale verminking en eergerelateerd geweld:
Samenwerking met het College van Procureurs-Generaal en de ministers van
Veiligheid en Binnenlandse Zaken en Volksgezondheid wordt gezocht om de
strijd op te voeren, voortbouwend op de bestaande omzendbrief. De
uitbreiding van gespecialiseerde centra en de aanpak met betrekking tot
genitale verminking wordt verkend.
Een toegankelijke en moderne Justitie voor elke burger:
- Verkorting
van de doorlooptijd van gerechtelijke procedures: In 2025 starten een
grondige denkoefening en overleg met stakeholders op het terrein om
hefbomen te identificeren die de behandeling van zaken kunnen versnellen.
- Ondersteuning
van initiatieven voor het beheer en de vermindering van de gerechtelijke
achterstand: Een plan van aanpak met drie fasen wordt vooropgesteld.
- Verbetering
van de toegang tot justitie voor niet-digitale burgers: Alternatieven
op papier blijven beschikbaar, en de toegankelijkheid van justitiegebouwen
voor informatie en ondersteuning wordt gewaarborgd. In
vrederechterskantoren blijven informatiekiosken beschikbaar voor
gedigitaliseerde dossiers.
- Rationalisatie
van het vastgoedpatrimonium van Justitie: De vrijgekomen middelen
worden prioritair geïnvesteerd in het overige vastgoed. Deze hervorming
wordt in 2025 voorbereid.
- Evaluatie
van hervormingen van notaris- en gerechtsdeurwaardersberoep: De reeds
uitgevoerde hervormingen worden geëvalueerd om ze waar nodig aan te
passen. Overleg met de voorzitters van de hervormde tuchtraad voor
gerechtsdeurwaarders en notarissen vindt plaats om operationele
uitdagingen te bespreken.
- Veilige
en functionele gerechtsgebouwen: In samenspraak met alle betrokken
actoren wordt gewerkt aan een plan om de veiligheid van bezoekers en
personeel te verbeteren, met aandacht voor toegankelijkheid, samenvoeging
van diensten, digitalisering en specifiek slachtofferonthaal en
-bescherming. Het systeem van slachtofferonthaal zal worden geëvalueerd.
- Transversale
samenwerking en overleg voor ICT-beleid: Een gedragen en realistische
langetermijnvisie en -strategie voor ICT vereist nauwe samenwerking tussen
alle ICT-actoren, gebruikers en de verschillende pijlers van de
Rechterlijke Orde, gevangenissen, federale en gefedereerde partners,
justitiehuizen en beroepsgroepen. Een portfoliomanagement wordt opgezet
bij de FOD Justitie om input van alle betrokkenen te integreren en
projecten te rationaliseren en prioriteren.
Justitie, meer dan strafrecht:
- Modernisering
van het burgerlijk recht: Er wordt gestreefd naar verdere
modernisering om te beantwoorden aan hedendaagse maatschappelijke
uitdagingen en de behoeften van burgers en bedrijven.
- Voorontwerp
van wet tot wijziging van diverse bepalingen: In 2025 wordt een
alomvattend voorontwerp ingediend om juridisch-technische knelpunten in
strafrecht, burgerlijk recht en gerechtelijk recht aan te pakken
("quick-wins").
- Voortzetting
van de modernisering van het Burgerlijk Wetboek: In samenwerking met
hervormingscommissies wordt gewerkt aan een vernieuwd Burgerlijk Recht dat
burgers en ondernemingen beter beschermt.
- Modernisering
van het afstammingsrecht: Rekening houdend met internationaal en
Europees recht en de rechtspraak van het Grondwettelijk Hof wordt gewerkt
aan het wegwerken van discriminatie in het afstammingsrecht.
- Onderzoek
naar discreet bevallen: Conform het Regeerakkoord wordt onderzocht hoe
dit wettelijk mogelijk kan worden gemaakt, waarbij de moeder anoniem kan
bevallen maar het kind op latere leeftijd de identiteit van de biologische
moeder kan achterhalen via een onafhankelijke instantie.
- Afschaffing
van anonimiteit van sperma- en eiceldonoren: In lijn met het
Regeerakkoord en in samenwerking met de minister van Volksgezondheid wordt
de afschaffing voor de toekomst onderzocht, met een billijke
overgangsmaatregel voor donaties uit het verleden, conform het arrest van
het Grondwettelijk Hof.
- Verplichte
mediation bij bepaalde familiale conflicten: De mogelijkheid wordt
onderzocht om mediation verplicht te maken in bepaalde familiale
conflicten waar de wet een regeling door een rechter vereist, in nauwe
samenwerking met lokale besturen.
- Voorbereiding
van de uitrol van een ouderschapsplan: In 2025 wordt de uitrol
voorbereid, waarbij scheidende ouders met tussenkomst van een rechter
zoveel mogelijk afspraken maken over de verdere opvoeding van hun kind.
- Kindvriendelijke
omgeving voor het horen van kinderen in rechtszaken: Er wordt
onderzocht in hoeverre het proefproject "vertrouwenspersoon
familierechtbank" van de familierechtbank te Gent verder kan worden
uitgewerkt, rekening houdend met de rechtspraak. De impact van een
dergelijke hervorming wordt geanalyseerd in overleg met betrokken actoren.
- Hervorming
van het nationaliteitsrecht: In navolging van het nieuwe Strafwetboek
wordt een hervorming opgestart, binnen de grenzen van Europees en
internationaal recht, met als doel strengere vereisten voor het verkrijgen
van de Belgische nationaliteit en een uitbreiding van de mogelijkheden tot
verlies van nationaliteit bij veroordeling voor zeer ernstige misdrijven.
- Toegang
tot nationaliteit: Verhoging van de bijdrage voor de
nationaliteitsverklaring naar 1000 euro, hervorming van de
burgerschapstest en de taaltest (in overleg met gefedereerde entiteiten).
Onderzoek naar wetswijzigingen om toegang te weigeren aan personen die een
gevaar vormen voor de openbare orde of nationale veiligheid, of een
aanzienlijke fiscale achterstand hebben.
- Verlies
van nationaliteit: Bekeken wordt hoe de vervallenverklaring van
nationaliteit in bepaalde gevallen wettelijk kan worden uitgewerkt, met
name bij veroordeling voor georganiseerde misdaad (met leidinggevende rol)
of levens- en zedendelicten, indien de nationaliteit in de voorafgaande 15
jaar is verkregen en de opgelegde straf meer dan vijf jaar bedraagt
(zonder staatloosheid tot gevolg).
- Versterking
van de consumentenbescherming door digitale oplossingen: JustBan, het
centraal register voor beroepsverboden, wordt verder uitgebouwd en
gepromoot.
- Evaluatie
van de wetgeving inzake vennootschappen en verenigingen en insolventie:
In 2025 wordt deze wetgeving geëvalueerd met het oog op optimalisering op
basis van praktijkervaringen, met als doel efficiëntere
insolventieprocedures en meer opties voor ondernemingen en schuldeisers.
Er wordt ook gekeken naar administratieve vereenvoudiging en naar
specifieke noden van de non-profitsector.
- Meer
beheersautonomie voor de Rechterlijke Orde: In ruil voor
resultaatverbintenissen via beheersovereenkomsten en beheersplannen wordt
meer autonomie gegeven. Binnen een taskforce wordt de oprichting van één
directiecomité per arrondissement onderzocht, dat een geconsolideerd
beheersplan opstelt en uitvoert voor de rechtbank van eerste aanleg, de
arbeids- en ondernemingsrechtbank.
- Vernieuwing
van het tucht- en evaluatierecht voor de magistratuur: Dit is een
voorwaarde voor de beheersautonomie. Interne en externe controle op de
werking van Justitie (beheer, management, beleidsstructuren, budgettaire
verantwoording) worden versterkt.
- Verbetering
van de arbeidsvoorwaarden en aantrekken van magistraten: De salarissen
tijdens de gerechtelijke stage worden verbeterd door anciënniteit meer te
waarderen (extra budget vanaf 2025). Overleg met betrokken actoren start
in 2025 om een plan van aanpak uit te werken om meer ervaren profielen aan
te trekken.
- Investeren
in de opleiding van magistraten en gerechtspersoneel: In overleg met
het Instituut voor Gerechtelijke Opleiding (IGO) worden de noden voor de
komende vijf jaar bepaald om een groeipad op te stellen, de werking van
het IGO te garanderen en het opleidingsaanbod af te stemmen op de noden
van het terrein. De compensatie van bijdragen van het IGO aan de pool der
parastatalen wordt onderzocht.
- Opvolging
van het nieuwe sociaal statuut voor de magistratuur: De
inwerkingtreding wordt nauw gevolgd, met aandacht voor de continuïteit van
de rechtsgang.
- Modernisering
van het evaluatiesysteem voor magistraten: Meer focus op continue
feedback en begeleiding. De Hoge Raad voor de Justitie wordt gevraagd om
in 2025 een voorstel uit te werken om de evaluatiecriteria aan te passen.
Een wetsontwerp met de Adviesraad van de Magistratuur wordt voorbereid om
het tuchtrecht en de sancties te hervormen. De mogelijkheid van een tweede
verlenging van de mandaten van korpschefs (uitgezonderd Brussel en
Halle-Vilvoorde) wordt geanalyseerd.
Werf 2: Veiligheid als Basis, Rechtvaardigheid als Kompas
Deze werf richt zich op de strijd tegen criminaliteit,
terrorisme en verkeersonveiligheid, met de nadruk op een rechtvaardige
strafrechtsbedeling en effectieve strafuitvoering.
Rechtvaardig straffen:
- Invoering
van het nieuwe Strafwetboek: Een regelgevend kader wordt
geïntroduceerd om de effectieve inwerkingtreding in april 2026 te
verzekeren. Er wordt geanticipeerd op de nieuwe straffen en maatregelen
door in te zetten op penitentiaire capaciteit en door prioriteit te geven
aan doortastendheid en kwaliteit.
- Voorbereiding
van een nieuw Strafuitvoeringswetboek: In afwachting hiervan wordt in
2025 een wetsontwerp voorbereid dat een consolidatie op het vlak van
strafuitvoering beoogt. De hervorming en professionalisering van de
probatiecommissie wordt voorbereid. Overleg hierover vindt plaats met het
Openbaar Ministerie en het College van Hoven en Rechtbanken.
- Afstemming
van andere regelgeving op het nieuwe Strafwetboek: De andere FOD's en
gefedereerde entiteiten zijn gecontacteerd om hun regelgeving aan te
passen.
- Evidence-driven
beleid: Er wordt ingezet op betere en transversale dataverzameling en
statistisch onderzoek naar criminaliteit en de strafrechtelijke respons om
een wetenschappelijk onderbouwd beleid te voeren dat recidive vermijdt. De
recidivemonitor van het NICC wordt verder geïmplementeerd, met de
oplevering van het prototype op basis van het Centraal Strafregister in
2025 en verdere uitbreiding en koppeling met andere databanken in de
komende jaren.
- Aandacht
voor impactanalyse en monitoring van de strafrechtketen: Om de
gevolgen van beleidsbeslissingen goed te kunnen inschatten en de
implementatie af te stemmen op de capaciteit van alle stakeholders, wordt
meer aandacht besteed aan impactanalyse en monitoring.
- Striktere
bestraffing van ernstige vormen van criminaliteit: In 2025 starten
werkzaamheden om bepaalde gedragingen in het nieuwe Strafwetboek strenger
te bestraffen, zoals deelneming aan een criminele organisatie,
drugshandel, wapenhandel, werving van minderjarigen en witwassen (in de
context van criminele organisaties of door meldingsplichtigen), zonder de
proportionaliteit uit het oog te verliezen. Het verval van nationaliteit
wordt hierbij ook bekeken. De strijd tegen illegale wapenhandel wordt
opgevoerd.
- Strafbaarstelling
van ontsnapping uit gevangenis en sabotage van enkelbanden: Nog in
2025 wordt dit strafbaar gesteld. In het kader van de hervorming van de
strafuitvoering wordt meegenomen dat betrokkenen gedurende een wettelijk
vastgestelde periode niet meer in aanmerking komen voor elektronisch
toezicht.
- Stroomlijning
van de regels voor taalkeuze in strafzaken: De wet op het gebruik der
talen in gerechtszaken wordt gewijzigd zodat eenzelfde betrokkene slechts
één keer de taalkeuze kan maken.
- Versnelling
van onderzoeken en modulering van de interventie van de raadkamer: In
samenwerking met stakeholders wordt onderzocht hoe onderzoeken efficiënter
kunnen verlopen en de voorhechtenis minder lang hoeft te duren. De
mogelijkheid wordt bekeken om de wet betreffende de voorlopige hechtenis
te herzien om de interventie van de raadkamer te moduleren. Voor bepaalde
ernstige misdrijven wordt de mogelijkheid bekeken dat de raadkamer om de
zes maanden oordeelt over het handhaven van de voorlopige hechtenis, met
mogelijkheid tot eerdere vrijlatingsverzoeken.
- Goede
risicotaxatie als centraal aandachtspunt in de justitiële keten:
Wetenschappelijke middelen worden gebruikt om risico's te beoordelen bij
beslissingen over bepaalde criminaliteit (seksueel en intrafamiliaal
geweld, belaging, terrorisme, radicalisering).
- Voortzetting
van drugsbehandelingskamers en uitbreiding van jongerenopvolgingskamers:
De mogelijkheid tot verdere uitbreiding van drugsbehandelingskamers wordt
onderzocht. Het project van de jongerenopvolgingskamers wordt geëvalueerd
en de toepassing ervan uitgebreid. Op termijn komen er gespecialiseerde
kamers voor intrafamiliaal en seksueel geweld, cybercriminaliteit en
cyberpesten. De hulpverlening wordt betrokken om wachtlijsten aan te
pakken.
Strafuitvoering als sluitstuk voor een rechtvaardige
samenleving:
- Wijziging
van de drempels voor voorwaardelijke invrijheidstelling: Zodra de
structurele maatregelen tegen overbevolking effect hebben, zullen in
samenspraak met de deskundigencommissie voor het nieuwe
Strafuitvoeringswetboek de drempels in de wet op de externe rechtspositie
worden gewijzigd, rekening houdend met gelijkheid, non-discriminatie,
artikel 3 EVRM, impact op gevangenispopulatie en begroting, en coherentie
met het nieuwe wetboek. De vereisten voor verblijfsrecht bij
strafuitvoeringsmodaliteiten en de voorwaarden voor penitentiair verlof en
tijdelijke uitgaansvergunningen worden aangescherpt, rekening houdend met
non-discriminatie.
- Mogelijkheid
tot rechterlijk drugs- of alcoholverbod gekoppeld aan enkelband:
Overleg met gefedereerde entiteiten hierover vindt plaats.
- Wettelijke
basis voor slachtofferaplicatie bij strafuitvoeringsmodaliteiten: De
rechter krijgt de mogelijkheid om deze applicatie op te leggen voor het
opvolgen van verblijfs-, plaats- en contactverboden, en deze mogelijkheid
wordt uitgebreid naar andere modaliteiten.
- Volledig
omgangsverbod met minderjarigen voor daders van kindermishandeling:
Mogelijk gemaakt wordt dit, en er wordt bekeken hoe parket en politie
kennis kunnen hebben van de beroeps- en andere activiteiten van de
(vermeende) dader om een effectieve opvolging van beroepsverboden mogelijk
te maken.
- Aanpassing
van de dotatieregeling voor de Gemeenschappen: Er wordt gestreefd naar
een jaarlijkse herberekening (in plaats van driejaarlijks) van de dotatie,
rekening houdend met het aantal, de aard en de complexiteit van de
opdrachten, en een aanpassing op basis van de evolutie van de
consumptieprijsindex. Samenwerking met de premier en de ministers van
Financiën en Begroting is nodig om de hervorming van de bijzondere
financieringswet snel in 2025 te kunnen voorstellen.
- Financiële
strafuitvoering: buitgerichte aanpak: De focus blijft op het ontnemen
van criminele opbrengsten en het investeren van verbeurdverklaarde gelden
in de rechtsstaat.
- Gestructureerde
samenwerking bij fiscale en financiële opsporing: Tussen verschillende
actoren wordt dit opgezet om de identificatie en recuperatie van criminele
vermogens te optimaliseren ("follow the value"). Samen met de
minister van Financiën wordt gewerkt aan de hervorming van het Centraal
Orgaan voor de Inbeslagname en de Verbeurdverklaring (COIV) in
samenwerking met de nieuw op te richten FIOD (onder co-bevoegdheid van de
ministers van Financiën en Justitie). In afwachting hiervan wordt in 2025
gestart met de uitvoering van de wet van 18 april 2024 houdende optimalisatie
van de werking van het COIV en het Overlegorgaan voor de coördinatie van
de invordering van niet-fiscale schulden in strafzaken. Onderzoek naar
verdere versterking van de buitgerichte aanpak in gecoördineerde
samenwerking tussen Justitie, FIOD en de Invorderingsdiensten van de FOD
Financiën.
- Verdere
uitrol van de geautomatiseerde inning van geldboetes: Een gefaseerde
lancering in een pilootproject is voorzien in het laatste trimester van
het jaar. Politie en douane krijgen toegang tot de databank van onbetaalde
boetes om deze te kunnen innen bij controles.
- Prioritaire
affectatie van meeropbrengsten uit efficiëntere vervolging en inning:
Deze worden bij de jaarlijkse begrotingsopmaak prioritair bestemd voor de
dekking van budgettaire noden en investeringen bij de
veiligheidsdepartementen (Binnenlandse Zaken en Justitie).
- Oprichting
van een afdeling financiële criminaliteit binnen het federaal parket:
De mogelijkheid hiertoe wordt bekeken.
- Ontwikkeling
en testing van het MonFin-project door de Federale Politie: Dit
project is gericht op financiële monitoring om risicorechtspersonen in het
kader van fraude, witwassen enz. op te sporen. Gespecialiseerde
opleidingen voor onderzoekers worden voorzien in samenwerking met de
Italiaanse Guardia di Finanza en het Instituut voor Gerechtelijke
Opleiding.
- Performant
strafregister: Een nieuwe evaluatie van het systeem van uittreksels is
aan de orde naar aanleiding van de inwerkingtreding van het nieuwe
Strafwetboek in april 2026. Dit omvat de herziening van vermeldingen van
maatregelen en verboden, de aanmaak van een specifiek model voor kwetsbare
volwassenen en de wijze van opname (automatisch of na rechterlijke
beslissing).
Sterke veiligheids- en inlichtingendiensten:
- VSSE
(Veiligheid van de Staat):Blijft prioritair werken op extremisme en
terrorisme en investeren in nationale en internationale partnerschappen.
- Blijft
de referentiedienst voor dreigingen van spionage, inmenging, sabotage en
proliferatie.
- Zet
in op de bescherming van wetenschappelijk en economisch potentieel, onder
andere via screening van buitenlandse investeringen.
- Zal
zich inzetten op specifieke werking in gevangeniscontext en opvolging van
georganiseerde criminaliteit met staatsondermijnende aspecten.
- Voorzien
wordt dat de VSSE dreigingen niet alleen kan identificeren, maar ook zelf
kan verstoren door de voorbereiding van een wettelijk kader, efficiënter
gebruik van VSSE-info in gerechtelijke en administratieve procedures en
investeringen in bescherming van agenten en werking in het buitenland.
- Hervormingstrajecten
binnen de VSSE (bv. IT-architectuur) worden verdergezet.
- De
voorbereidingen van het eengemaakt statuut binnen de VSSE worden
voortgezet.
- Aanpassingswerken
in het gebouw ten behoeve van de VSSE zullen in 2025 plaatsvinden in
afwachting van de verhuis naar een nieuw gebouw.
- De
integratie van de NVO binnen de VSSE wordt gerealiseerd, met de reeds
goedgekeurde budgetten.
- Justipol:
De samenwerkingsplatform tussen de Geïntegreerde Politie en Justitie wordt
versterkt, met nadruk op versterkte afstemming tussen procureurs-generaal,
de Geïntegreerde Politie en de ministers van de gefedereerde entiteiten
over de vervolging van inbreuken op hun regelgeving.
- Federale
Gerechtelijke Politie (FGP): Er wordt een meting van de werklast
voorbereid. Op basis hiervan zullen extra middelen worden verdeeld,
rekening houdend met bevolking, aanwezigheid en impact van georganiseerde
criminaliteit en terreurdreiging (prioriteit voor Antwerpen en Brussel).
Het organiek kader van de Directie van de Speciale Eenheden (DSU) wordt
verder ingevuld.
- Rekrutering
van specifieke profielen: De inspanningen voor actieve rekrutering van
financiële experten en cybercrime-specialisten worden voortgezet.
- Nieuwe
kadernota Integrale Veiligheid en Nationaal Veiligheidsplan: Worden
uitgewerkt in nauwe samenwerking met de minister van Veiligheid en
Binnenlandse Zaken.
Aanpakken van georganiseerde criminaliteit en terrorisme:
- Drugs:Ketenaanpak:
Er wordt gemikt op een alomvattende strategie ter bestrijding van
georganiseerde (drugs)criminaliteit met een holistische aanpak gericht op
een veerkrachtigere samenleving. Een taskforce onder leiding van de Eerste
minister zal de uitvoering van het regeerakkoord overzien en coördineren.
- Nationaal
Drugscommissariaat: Wordt belast met de uitwerking van een strategie
en actieplan, voortbouwend op eerdere plannen zoals het Kanaalplan en het
Stroomplan, met als doel coherente actie tussen departementen en diensten.
Concrete beleidsvoorstellen rond "stop, take and use the money"
worden verwacht in 2025 om het vermogen van drugscriminelen te raken.
- Integrale
multidisciplinaire aanpak: Focus op de gehele keten, van preventie en
vroegdetectie tot repressie, harm reduction en (na)zorg, met voldoende
slagkracht en middelen voor alle actoren.
- Justitie:
Pleit voor nultolerantie ten aanzien van drugshandel, met vervolging en
bestraffing van daders. De aanpak van gebruikers en de mogelijkheid van
een effectief sanctiesysteem (bv. onmiddellijke minnelijke schikking)
worden beoordeeld, met aandacht voor de impact op de volksgezondheid.
- Strafrechtelijk
beleid inzake ontmanteling van drugslaboratoria: Meer slagkracht wordt
nagestreefd door overleg met het College van Procureurs-Generaal om
instrumenten zoals de omzendbrief en protocollen te verbeteren. Een
draaiboek voor interventies op labo's en dumpingen (met aandacht voor
milieu) wordt uitgewerkt.
- Transponering
van de nieuwe Europese richtlijn inzake confiscatie: Invoering van
"confiscatie zonder veroordeling" om te verzekeren dat misdaad
niet loont.
- Versterking
van de strijd tegen sociale fraude en sociale dumping: Rol van
arbeidsauditoraten wordt versterkt en hun penale bevoegdheden maximaal
ingezet. De Federale Politie zorgt voor een permanent beeld van sociale en
fiscale fraude.
- Bijdrage
van veroordeelden in drugszaken aan detentiekosten: Er wordt bepaald
dat veroordeelden die zich verrijkt hebben dankzij criminele activiteiten,
een bijdrage leveren in de kosten van hun detentie, na volledige
vergoeding van slachtoffers en nabestaanden. Werkzaamheden voor een nieuw
wettelijk kader starten.
- Versterking
van de aanwezigheid in bron- en transitlanden van cocaïne (Zuid-Amerika):
Onder meer via vliegende magistraten en investering in
onderzoekscapaciteit ter plaatse, in nauw overleg met de minister van
Veiligheid en Binnenlandse Zaken.
- Mensensmokkel:
De strijd wordt opgevoerd, rekening houdend met de aanbevelingen van de
commissie inzake mensenhandel om netwerken snel te ontmantelen en
slachtoffers beter te beschermen en ondersteunen. Het multidisciplinaire
samenwerkingsmodel wordt geoptimaliseerd. Samenwerking met het College van
Procureurs-Generaal om een doelmatig strafrechtelijk beleid te verzekeren
tegen smokkelnetwerken van transmigranten.
- Terrorisme:Analyse
van aanbevelingen onderzoekscommissie 22 maart 2016: De bevoegde
diensten analyseren welke aanbevelingen nog moeten worden uitgevoerd en
bouwen voort op deze aanbevelingen om de antiterrorismeacties te
versterken in een toekomstgerichte benadering.
- Wettelijk
kader voor verbod op radicale organisaties: De invoering van een kader
wordt voorbereid om organisaties te verbieden die gevaarlijk zijn vanwege
banden met terrorisme of verspreiding van antisemitisme, op basis van
reeds beschikbare informatie in een Europese context.
- Verdere
inbedding van informatie-uitwisseling inzake terrorisme binnen de Federale
Politie: Kwantitatieve evaluatie van de werking van de JIC/JDC's tegen
eind 2025.
Europa en de internationale rechtsorde:
- België
blijft een sterke voorstander van het multilateraal systeem en de
internationale rechtsorde.
- Groot
belang wordt gehecht aan de rol van het Internationaal Strafhof (ICC), dat
politiek en financieel wordt ondersteund.
- België
blijft zich inzetten voor de versterking en effectieve werking van het
Europees Hof voor de Rechten van de Mens.
Wetenschappelijke ondersteuning en Verhoogde
verkeersveiligheid:
- Laboratoria
voor criminologie binnen het NICC: Worden opgericht om de
wetenschappelijke ondersteuning in prioritaire domeinen te versnellen en
te evolueren naar een "science-informed justice".
- Verhoogde
verkeersveiligheid:Onderschrijving van de doelstellingen van
"Vision Zero" (nul verkeersdoden tegen 2050). Efficiënte
samenwerking tussen partners van de strafrechtketen en
overheidsdepartementen is cruciaal. Samenwerking en cocreatief beleid met
de ministers van Veiligheid en Binnenlandse Zaken en Mobiliteit worden
nagestreefd.
- Aanpak
van recidive en uitwisseling tussen lidstaten: Ambitieuze
verkeersveiligheidsstrategie, snellere en striktere aanpak van
verkeersovertreders (focus op recidivisten), datagerichte handhaving.
- Nationale
databank van recidiverende verkeersovertreders: Alle verkeersinbreuken
(ook die van gefedereerde entiteiten) worden hierin opgenomen om recidive
effectief te vervolgen. Koppeling met gewestelijke databanken wordt
bekeken.
- Optimalisatie
van de databank voor gegevensuitwisseling tussen politie en Justitie:
Nieuw mechanisme van herstelopleidingen wordt geïntegreerd. Centralisatie
van federale herstel- en exameninstellingen wordt in 2025 geanalyseerd met
de FOD Mobiliteit. Centrale neerlegging van rijbewijs bij rijverbod tot
nieuwe Europese wetgeving rond digitalisering.
- Digitaal
rijbewijs: Analyse met de minister van Mobiliteit wordt opgestart voor
de invoering, impactanalyse in 2025.
- Aanpak
van verkeersonveiligheid: Streng optreden tegen gsm-gebruik en andere
afleidingen achter het stuur. Ontwikkeling van specifieke software voor
analyse van camerabeelden (met respect voor privacy) start.
- Afschaffing
van tolerantiemarges: Verdere inzet op mobiele camera's op snelwegen
en voortzetting van projecten op regionale wegen tot vaste camera's en
trajectcontroles uitsluitend de technische marge hanteren (in samenwerking
met gefedereerde entiteiten en partners van de boeteketen).
- Nieuw
misdrijf van verkeersdoodslag: Aanpassing van het nieuwe Strafwetboek
wordt onderzocht om de ernst van roekeloos rijgedrag aan te duiden.
Uniforme regeling voor de ingangsdatum van het verval van het recht tot
sturen. Versterking en betere afstemming van preventiecampagnes met gefedereerde
entiteiten. Onderzoek naar strengere sancties voor rijden zonder
rijbewijs.
Werf 3: Naar een Humaner Detentiebeleid voor Meer Veiligheid
Deze werf focust op het verbeteren van de omstandigheden in
gevangenissen, het aanbieden van zorg en begeleiding aan gedetineerden en het
voorbereiden van hun re-integratie in de samenleving.
Capaciteit van de penitentiaire inrichtingen:
- Optimalisatie
en efficiënt beheer van bestaande capaciteit: Er wordt een
referentiemeting uitgevoerd op basis van objectieve criteria. Beslissing
over de bepaling van capaciteitscriteria en de beschikbare capaciteit.
Evenwichtige spreiding door effectief plaatsings- en overplaatsingsbeleid,
rekening houdend met de impact op de politie. Maximale benutting van
bestaande capaciteit, waarbij noodzakelijke herstellingen en aanpassingen
snel door en met de Regie der Gebouwen worden uitgevoerd. Onderzoek naar
betere afstemming van werkingsmiddelen en personeelskredieten op de
gevangenispopulatie.
- Voorzien
in bijkomende capaciteit: Niet alleen kwantitatief, maar ook voor het
humaan karakter van de detentie. Voortzetting van de uitvoering van de
masterplannen goedgekeurd door vorige regeringen. Op basis van evaluatie
van masterplan IIIbis wordt masterplan IV uitgewerkt voor voldoende en
conforme capaciteit in de komende jaren. De Regie der Gebouwen is hierbij
de hoofdpartner.
- Evaluatie
van masterplan III en IIIbis: In functie van specifieke behoeften en
budgettaire noden om verdere uitvoering en lange termijn capaciteit te
creëren. Onderzoek met de minister van de Regie der Gebouwen naar het
vrijmaken van de nodige middelen.
- Nauwgezette
opvolging van de bouw van de nieuwe gevangenis van Antwerpen: Doel is
opening in de loop van 2026. Lancering van aanwervingscampagne, start
rekrutering en uitwerking van een opleidingsprogramma.
- Onderzoek
naar huur, aankoop of bouw van gevangeniscapaciteit in het buitenland:
Voor veroordeelde gedetineerden zonder verblijfsrecht om hun straf uit te
zitten en van daaruit te worden uitgewezen. Onderhandelingen met één of
meerdere Europese rechtsstaten (eerste contacten reeds gelegd), in
samenwerking met de ministers van Buitenlandse Zaken en Asiel en Migratie.
- Taskforce
voor de terugkeer van niet-Belgen en gedetineerden zonder verblijfsrecht:
Werkt aan beleidsvoorstellen en concrete afspraken voor de korte en
middellange termijn, zoals versterking van de dienst voor tussenstaatse
overbrengingen, snellere identificatie en voorbereiding van terugkeer door
DVZ, en gezamenlijke missies naar landen van herkomst.
Aangepaste zorg voor geïnterneerde personen:
- Evaluatie
van de wet betreffende de internering van personen: Analyse van de in-
en uitstroom, kwalitatieve evaluatie van het forensisch psychiatrisch
deskundigenonderzoek na inwerkingtreding van het verslagsjabloon. Streven
naar respecteren van wettelijke termijnen voor deskundigenonderzoek,
adviezen en eerste zitting van de Kamer tot Bescherming van de
Maatschappij (KBM).
- Voorbereiding
van het juridisch kader voor de "interne rechtspositie" van
geïnterneerden: In samenwerking met de minister van Volksgezondheid,
met rechten en plichten.
Meer zorg voor gedetineerden en hun re-integratie:
- Detentiebegeleiding:
De functies van detentiebegeleider worden gefaseerd ingevoerd in bestaande
gevangenissen om gedetineerden te begeleiden tijdens hun detentie.
- Aanklampende
benadering en behandeling op maat: Cruciaal voor optimale
voorbereiding van re-integratie, zeker voor zedendelinquenten. Evaluatie
van het Feniks-project in de Hulpgevangenis van Dendermonde alvorens uit
te breiden. Gesprekken voor samenwerkingsakkoorden met steuncentra voor
begeleiding en behandeling van zedendelinquenten en correcte financiering
met gefedereerde entiteiten.
- Klinisch
Observatiecentrum in de gevangenis van Haren: Opening om in te
schatten of verdachten aan een psychiatrische aandoening lijden. Verdere
uitwerking van het concept van Forensische Detentiecentra (FDC's).
- Goede
risicotaxatie tijdens detentie: Cruciaal voor gerichte voorwaarden in
het kader van reclassering en detectie van kwetsbaarheden.
- Verdere
ontwikkeling van gevangenisarbeid: Gesprekken met Cellmade over
uitbreidingsmogelijkheden op vlak van infrastructuur en personeel om het
aanbod te vergroten.
- Opleiding
in knelpuntberoepen binnen gevangenisarbeid: In samenwerking met
Cellmade worden mogelijkheden onderzocht om meer opleidingen te voorzien
gekoppeld aan sectoren met grote vraag, om gedetineerden de nodige
vaardigheden te geven voor re-integratie in het economisch circuit.
- Verdere
uitwerking van JustFromCell: Het digitaal dienstenplatform voor
gedetineerden, voor toegang tot beveiligde leerplatformen voor digitaal
onderwijs.
- Versterking
van de psychosociale dienst: Om betere zorg, door- en uitstroom te
garanderen, worden de behoeften in kaart gebracht en een uitbreidingspad
voor de komende jaren opgesteld.
- Implementatie
van beleid rond een geweldloze cultuur en verhogen van probleemoplossend
vermogen: Verankering in het opleidingsaanbod van de Academie van de
federale overheidsdienst Justitie.
- Inzet
op moderne technologieën voor betere beveiliging: Meer gebruik van
GSM-detectietoestellen, gerichte GSM-jamming in pilootsites, inzet van
ICT-speurhonden, testen van drone-in-a-box technologie en uitbreiding van
drone-detectietoestellen.
- Penitentiaire
Lokale Integrale Veiligheidscel (PIVC): De (wettelijke) mogelijkheden
voor de oprichting hiervan voor casusoverleg en informatie-uitwisseling
met alle betrokken actoren voor de opvolging en voorbereiding van de
reclassering van geradicaliseerde gedetineerden worden bekeken.
- Onderzoek
naar aanpassingen aan de basiswet en interne rechtspositie van
gedetineerden: Om in te spelen op maatschappelijke en administratieve
veranderingen, met inbegrip van differentiatie van detentieregimes en een
wettelijk kader voor drugtesten.
- Invoering
van een gegarandeerde minimale dienstverlening vanaf de eerste dag van
stakingen: Cruciaal om de veiligheid in de gevangenis in alle
omstandigheden te garanderen.
Afsluiting:
Dit briefingdocument schetst de ambitieuze plannen van het
Belgische justitiebeleid voor de periode 2024-2025, met een duidelijke focus op
een rechtvaardige, veilige en humane samenleving. De concrete acties die in
2025 zullen worden ondernomen, vormen de eerste stappen in de realisatie van
deze doelstellingen. De nadruk op samenwerking tussen verschillende
overheidsniveaus, diensten en stakeholders is een rode draad doorheen de
verschillende werven.